Viskat (Prionailurus Viverrinus)

Viskat (Prionailurus Viverrinus)De viskat (of vissende kat) dankt zijn naam aan het feit dat hij vaak zijn eten uit het water vist. Hij komt voor in de wetlands van Zuidoost-Azië, Pakistan, India, Nepal, Zuid-China tot Sri-Lanka, Sumatra en Java en tot op grote hoogte in de Himalaya. Zijn naaste verwant is de Platkopkat (Prionailurus planiceps).

 

 

 

 

De viskat valt onder de groep kleine katten. Door hun uiterlijk worden ze ook wel eens met civetkatten (Viverrinus) vergeleken. Door de zwemvliezen tussen zijn tenen en zijn gedeeltelijk uitstekende klauwen kan hij prima vis vangen. Het is een stevige kat met een lang lichaam en een korte staart. De korte vacht is lichtbruin tot groenig grijs met donkerbruine en zwarte vlekken. De flanken en zijn buik zijn lichter gekleurd en de staart is zwartgeringd. Net als de platkopkat heeft de viskat ook een iets platter voorhoofd dan de andere katachtigen.

 

 

 

 

In de paartijd komt de viskat samen met een soortgenoot. Na de paring verdwijnen de mannetjes weer net zo snel als ze gekomen zijn en het vrouwtje brengt, na een draagtijd van 63 tot 70 dagen, 1 tot 4 jongen op een beschutte plek op de wereld. Na ongeveer tien dagen gaan de oogjes open en na vier tot vijf weken beginnen de jongen vast voedsel te eten. Eerst aangedragen door hun moeder en al gauw daarna volgen ze hun moeder tijdens de jacht en zo wordt hun de jachttechnieken bijgebracht. Na tien maanden zijn de jongen zelfstandig.

 

 

 

 

 

 

De viskat is in het wild een solitair dier maar in gevangenschap kan hij goed samenleven met soortgenoten, zoals de meeste katachtigen, die elkaar dan regelmatig opzoeken en lekker tegen elkaar aan gaan liggen.

Hij gaat ’s avonds en ’s nachts op jacht en overdag rust hij in dicht struikgewas of in een holle boomstam. De viskat is afhankelijk van water en komt voornamelijk voor in waterrijke gebieden bij moerassen, meren, rivieren, traagstromende beken en andere watergebieden grenzend aan dichtbegroeide bossen en rietvelden. Net als de meeste katachtigen is het een uitstekende zwemmer. Hij vangt kikkers en vissen in ondiep water en op het land vangen ze vogels en zoogdieren zoals muizen, civetkatten, kalveren van axisherten en varkens. Hun leefgebied overlapt dat van de tijger en ze eten soms ook de door tijgers achtergelaten kadavers.

 

De situatie van de viskat in het wild is kwetsbaar!

Zie ook de fotopagina Viskatten in Blijdorp.

 

 

Tekst en foto’s: B. de Jonge/WCM